Deze studie onderzocht hoe jonge kinderen (0–4 jaar) en hun ouders de herstart in de kinderopvang beleefden na de eerste COVID-19-lockdown van twee maanden in Nederland. In totaal vulden 694 ouders een online vragenlijst in over stress tijdens de sluiting en in de eerste twee weken na heropening van de kinderopvang. De vragenlijst richtte zich op ouders van kinderen die vóór de lockdown al op een vaste groep zaten en na heropening terugkeerden naar diezelfde groep.
De onderzoekers brachten in kaart welke factoren samenhingen met de mate van stress bij zowel kinderen als de ouders. Ze keken naar kenmerken van het kind (leeftijd, temperament, uren in opvang), kenmerken van de ouder (scheidingsangst, perceptie van opvangkwaliteit, angst voor COVID-19), kenmerken van het gezin (één- of tweeoudergezin), en stress tijdens de sluiting.
De bevindingen lieten het volgende zien. Kinderen met meer stress na heropening:
- Waren jonger
- Hadden ouders met meer separatieangst
- Gingen ervoor minder uren naar de opvang
- Uit eenoudergezinnen
Ouders met meer stress na heropening:
- Hadden meer separatieangst en angst voor COVID-19
- Ervaarden tijdens de sluiting minder stress
- Waren vaker moeders (meer dan vaders)
Verder was er een positieve relatie tussen stress bij het kind en de ouders: wanneer ouders stress ervoeren, vertoonden hun kinderen ook meer stress, en vice versa.
De resultaten onderstrepen het belang van een zorgvuldige en warme (her)start in de kinderopvang, waarbij aandacht is voor zowel het kind als de ouder. Vooral ouders met veel scheidingsangst en kinderen die weinig uren opvang hebben, kunnen baat hebben bij extra ondersteuning. De bevindingen benadrukken namelijk dat de transitie naar kinderopvang een gedeelde ervaring is van kind én ouder.
