WETENSCHAPPELIJKE BRON
Onderwerp: Diversiteit en inclusie | Publicatiedatum: 2022

Kern

In het innovatieproject PACT werken wetenschap, praktijk en beleid samen om de kwaliteit van pedagogische voorzieningen voor jonge kinderen te verbeteren. Het doel is het ontwikkelen van een inclusieve speelleeromgeving waarin ieder kind een rol kan spelen, daarin kan participeren en zich optimaal kan ontwikkelen. De methode is om de interprofessionele samenwerking tussen kinderopvang, basisonderwijs en zorg te bevorderen. Overal in het land zijn proeftuinen ingericht om deze ambitie in de praktijk te brengen. Het Wetenschapsteam van PACT, dat de ontwikkelingen nauw volgde, concludeert dat interprofessionele samenwerking bijdraagt aan meer inclusiviteit van de voorzieningen en betere toerusting van professionals voor het creëren van een inclusieve speelleeromgeving.

Dit rapport beschrijft de resultaten van de PACT-proeftuinen waaraan in opdracht van Het Kinderopvangfonds van 2015 tot 2017 is gewerkt. PACT-proeftuinen zijn innovatieve praktijken waarin door middel van interprofessionele samenwerking tussen de kinderopvang, het basisonderwijs en de zorg wordt gewerkt aan een inclusieve speelleeromgeving voor jonge kinderen (0- tot 6-jarigen).

Onderzoeksvragen  
De PACT-proeftuinen zijn, na een voorbereidingsfase, gevolgd, begeleid en onderzocht door een wetenschapsteam. De hoofdvraag van het onderzoek luidt: Hoe wordt er in de proeftuinen gewerkt aan inclusie door middel van interprofessionele samenwerking? Met welk resultaat op proces-, kind-, ouder- en professioneel niveau en wat zijn de bevorderende en belemmerende factoren? Deze hoofdvraag is onderzocht door antwoord te vinden op drie deelvragen: 

1. Hoe hebben de individuele proeftuinen vorm en inhoud gegeven aan de interprofessionele samenwerking? 

2. Welke merkbare en meetbare resultaten hebben de proeftuinen geboekt op het niveau van de interprofessionele samenwerking en op kind- en ouderniveau? 

3. Wat zijn bevorderende en belemmerende factoren om interprofessionele samenwerking ten behoeve van inclusie te stimuleren?

Mixed methods  
Het wetenschapsteam volgde, begeleidde en onderzocht de PACT-proeftuinen met meerdere elkaar aanvullende instrumenten: 

1. Een kwalitatieve casestudy. Hiervoor zijn de acht proeftuinen regelmatig bezocht. Met als doel de proeftuinen te volgen én te steunen in hun ontwikkelingen, processen en geboekte resultaten. 

2. De Monitor Interprofessionele Samenwerking. Hiermee zijn de aard en de mate van interprofessionele samenwerking in de proeftuinen kwantitatief geanalyseerd. Met als centrale vraag: is de samenwerking gedurende de proeftuin veranderd, is het netwerk veranderd en heeft de samenwerking bijgedragen aan de doelstellingen van PACT? 

3. Enquête onder projectleiders. Hiermee zijn meetbare resultaten onderzocht voor wat betreft de aantallen kinderen die zijn doorverwezen naar jeugdzorg en/of speciaal (basis) onderwijs.

Conclusies  
Professionals enthousiast  
In alle proeftuinen is de toegenomen interprofessionele samenwerking opvallend. Professionals zeggen veel van elkaar te leren, waardoor er een gemeenschappelijke visie op de ontwikkeling en ondersteuning van kinderen ontstaat. De mate waarin dat leidt tot beter omgaan met verschillen en minder doorverwijzingen is bescheiden, maar zeker niet verwaarloosbaar. 

Van zorgperspectief naar versterken pedagogisch klimaat  
In de proeftuinen is zichtbaar dat de inzet van zorg steeds meer gericht is op normaliseren en inclusie: de nadruk verschuift van genezend naar preventief en het versterken van het pedagogisch klimaat.  
Extra expertise op de werkvloer heeft effect  
De inzet van zorg op de werkvloer in de persoon van een inclusiepedagoog versterkt pedagogisch medewerkers en leerkrachten in hun denken en handelen. Zij voelen zich beter toegerust in het omgaan met verschillen tussen kinderen. 

Aanwijzing: toename interprofessionele samenwerking leidt tot afname van doorverwijzingen  
Een van de proeftuinen, Het Talent, kon cijfers aanreiken over het aantal doorverwijzingen. Het lijkt erop dat de toename in interprofessionele samenwerking op termijn bijdraagt aan een vermindering van het aantal doorverwijzingen naar specialistische hulp- en onderwijsvormen. Daarbij is het goed om te realiseren dat de kosten van een inclusiepedagoog al worden terugverdiend als bij twee kinderen een verwijzing naar speciaal onderwijs of jeugdhulp is voorkomen. In alle proeftuinen is de toegenomen interprofessionele samenwerking opvallend. Professionals zeggen veel van elkaar te leren, waardoor er een gemeenschappelijke visie op de ontwikkeling en ondersteuning van kinderen ontstaat. De mate waarin dat leidt tot beter omgaan met verschillen en minder doorverwijzingen is bescheiden, maar zeker niet verwaarloosbaar. Interprofessionele samenwerking draagt bij aan inclusieve voorzieningen en het creëren van inclusieve speelleeromgevingen.

Doornenbal, J., Fukkink, R., van Yperen, T., Balledux, M., Spoelstra, J., & van Verseveld, M. (2017). Inclusie door interprofessionele samenwerking: resultaten van de proeftuinen van PACT. Het Kinderopvangfonds.