WETENSCHAPPELIJKE BRON
Onderwerp: Autonomie kind | Publicatiedatum: 2020

Kern

Biesta verwijst met persoonsvorming, of subjectificatie, naar wat opvoeders doen om kinderen uit te dagen en te ondersteunen hun eigen leven te leiden, en dat op verantwoordelijke wijze te doen. Het gaat erom dat we kinderen in de positie stellen verantwoordelijkheid te nemen voor de vragen die op hen afkomen. Hiermee worden zij zich bewust van hun autonomie, het kind wil en kan verantwoordelijk zijn voor het eigen handelen, waarbij het nooit louter gaat om wat het kind zelf wil, maar er altijd de vraag is of wat het wenst en verlangt goed is voor zichzelf, de ander en de planeet. Kinderen denken op deze manier na over of hun wensen wenselijk zijn en hun verlangens ‘verlangbaar ‘. Het kind kan dit uiteindelijk alleen zelf bepalen. De taak van opvoeders is om dit proces te stimuleren en te ondersteunen.

In het werk van Gert Biesta benadert hij het onderwijs vanuit pedagogische theorieën en geeft daarmee sterke argumenten waar het in het onderwijs om dient te draaien en hoe kinderen benaderd kunnen worden. Omdat zijn werk van grote invloed is op de hedendaagse pedagogiek, is het waardevol zijn uitgangspunten ten aanzien van opvoeding en goed onderwijs te kennen.

Biesta onderscheidt in de opvoeding binnen onderwijs drie overlappende doeldomeinen die aangeven wat men ermee wil bereiken: 

  • Kwalificatiebetreft het aanbieden en verwerven van kennis, vaardigheden en houding waarmee we kinderen en jongeren toerusten voor hun handelen in de wereld.
  • Socialisatiedraait om de manieren waarop we via onderwijs kinderen en jongeren oriëntatie bieden op bestaande tradities en praktijken en hen uitnodigen daar verbinding mee te maken.
  • Subjectificatiegaat over het uitdagen en ondersteunen van kinderen en jongeren om hun eigen leven op verantwoordelijke wijze te leiden.

Biesta stelt dat de pedagogische processen om deze doelen te bereiken niet mechanisch werken. Er is geen sprake van interventies die effecten te weeg brengen, maar van communicatie en interpretatie, waarbij we uiteindelijk willen dat kinderen en jongeren zelf denken en handelen. Dat betekent dat onderwijs nooit 100% voorspelbaar is en nooit 100% voorspelbaar mag zijn, maar altijd ruimte moet laten voor kind en jongere. De openheid en het risico dat we daarbij als opvoeders nemen, is essentieel voor goed onderwijs. Bij het pedagogisch handelen gaat het niet om het vullen van objecten met kennis, vaardigheden en houdingen, maar om een ontmoeting tussen mensen die beoogt het menszijn van kinderen en jongeren mogelijk te maken. Als we dit risico nemen en kinderen zien als verantwoordelijke subjecten komt er ruimte voor het ‘in de wereld komen’ van vrije en unieke individuen.

Bij subjectificatie, persoonsvorming gaat het er om dat het kind zich van zijn autonomie bewust is, het wil en kan verantwoordelijk zijn voor het eigen handelen, en zich hierbij de vraag stelt of wat het wenst en verlangt goed is voor zichzelf, de ander en de planeet. Biesta werpt de vraag op of en hoe opvoeding binnen het onderwijs kan bijdragen aan de vrijheid en autonomie van de mens. Deze emancipatie van een persoon ziet hij als een proces vanuit de vooronderstelling van gelijkheid tussen leraar en leerling. Op deze manier ligt de autonomie bij het kind waar de emancipatie voor is bedoeld.

Het idee is dat mensen het vermogen hebben om het eigen handelen op doordachte en verantwoordelijke wijze vorm te kunnen geven. Pedagogisch handelen is vooral bedoeld om kinderen en jongeren uit te dagen en te ondersteunen op zo een manier hun leven te willen leiden. Biesta verwijst hierbij naar het idee van de Nederlandse pedagoog Langeveld van ‘zelfverantwoordelijke zelfbepaling’ als datgene waar onderwijs en opvoeding in zouden moeten uitmonden. 

Het gaat erom kinderen te bevragen zodat zij kunnen verkennen wat het betekent om verantwoordelijk te zijn en ervaring op te doen van het aangesproken worden. Met andere woorden kinderen proberen open te houden voor de vragen die op hen af komen. Zij worden zich zo bewust van hun autonomie en denken na over of hun wensen wenselijk zijn en hun verlangens ‘verlangbaar’. 

Biesta roept professionals die met kinderen werken op standaard methodieken of handelingssuggesties niet slaafs te volgen maar virtuoos en wijs te zijn en het pedagogisch handelen zelf krachtig vorm te geven.