Afgelopen oktober kreeg Femke Schuurman (36) haar eerste kind: Maeve. Toen Femke zelf als pedagogisch professional begon, dacht ze dat ze haar eigen kinderen niet naar de kinderopvang zou brengen. Maar nu is ze juist heel enthousiast.
Femke woont in Doetinchem en was pedagogisch professional in de reguliere kinderopvang toen ze begin twintig was. Inmiddels doet ze dit werk voor kinderen met een beperking. Haar dochter gaat sinds januari naar de kinderopvang.
Welke invloed heeft je ervaring als pedagogisch professional gehad op je keuze?
Femke: ‘Nou, dat is wel grappig. In het begin dacht ik juist dat ik mijn kind niet naar de kinderopvang zou sturen. Het leek me zielig. In de jaren daarna zag ik hoe leuk mijn neefje en nichtje het vonden, en wat ze er allemaal leerden. Daardoor kreeg ik steeds meer vertrouwen dat het juist goed is voor een kind. Ik heb er daarnaast veel over opgezocht op internet, als een soort bevestiging.’
Hoe voelde het uiteindelijk, toen het moment zich aandiende?
‘Gevoelsmatig kwam het veel te vroeg. Maeve was pas twaalf weken oud, maar mijn zwangerschapsverlof was afgelopen, dus het moest wel. Ik had net een beetje het idee dat ik het moederschap in de vingers begon te krijgen, en toen moest ik alweer aan het werk. Vóór mijn verlof werkte ik 32 uur per week, nu 24 uur. Ik heb dus nog één dag ouderschapsverlof. Mijn partner was na twee weken weer gaan werken, die heeft nu ook één dag ouderschapsverlof per week. Maeve gaat één dag naar de kinderopvang. Ze gaat ook nog een dag naar opa en oma.’
Waarom heb je voor deze locatie gekozen?
‘Eigenlijk had ik eerst een brede school in mijn hoofd, dus een kinderopvang en school ineen, twaalf jaar lang in hetzelfde gebouw. Maar toen ik zo’n school benaderde, kreeg ik pas na zeven weken een rondleiding. Toen was ik al bij een kinderopvang gaan kijken, want door alle lange wachtlijsten voelde ik toch wel enige druk. We kozen deze locatie omdat vrienden van ons er enthousiast over waren, en het is dicht bij ons huis. Het voelde meteen heel goed, dus ik heb niet verder hoeven kijken.’
Wat maakte dat het meteen goed voelde?
‘Dat begon al bij het eerste telefoontje. De vrouw die ik sprak feliciteerde mij met de zwangerschap. Ik was pas acht weken zwanger, eigenlijk wist bijna niemand het nog, dus dat was meteen bijzonder. Vooral door het verschil met die brede school, daar was het contact veel zakelijker. En ook tijdens de rondleiding bij de kinderopvang was iedereen heel vriendelijk. Iedereen kwam ons even begroeten, het voelde allemaal heel persoonlijk.’
Hoe ging het wennen voor jou en je dochter?
‘Het begon met twee keer drie uurtjes. De eerste keer was ik echt emotioneel, dat vond ik lastig. We hadden bedacht om in die uren een nieuwe bank uit te zoeken, maar ik kon alleen maar aan Maeve denken. Het voelde onnatuurlijk om haar daar achter te laten. Maeve vond het zelf helemaal prima. Ze gaf geen kik. Ze ging gewoon lekker slapen, chillen en eten en drinken, hoorden we later.’
Hoe ziet een dag van Maeve er bij de kinderopvang tegenwoordig uit?
‘Nu gaat ze een hele werkdag, vaak van ongeveer negen tot vijf. De professionals nemen echt de tijd voor haar, daar ben ik blij door verrast. Ze gaan bijvoorbeeld themagericht met haar knutselen, of muziek maken. Hoe klein de kinderen ook zijn, ze worden echt betrokken bij een leerzame activiteit.’
Krijg je updates, gedurende zo’n dag?
‘Ja, via een app. Ik kan tot op de minuut zien wanneer ze heeft gedronken, hoe vaak ze heeft gepoept en hoelang ze heeft geslapen. Ook krijg ik foto’s en persoonlijke verhaaltjes toegestuurd, zoals: we zijn nu bezig met een Moederdagcadeau, maar we kunnen nog niet verklappen wat het is. Ik hecht veel waarde aan die updates, op mijn werk zit ik continu die app te verversen om te kijken of er al iets nieuws op staat.’
Hoe is het contact wanneer je Maeve komt brengen?
‘De professionals vragen meestal of er nog bijzonderheden zijn. Hoe laat ze wakker is geworden, wanneer ze voor het laatst heeft gedronken. Hoe persoonlijk het contact is, ligt er een beetje aan wanneer ik kom. Soms is het spitsuur, dan hebben ze het erg druk. Maar ze komen altijd even naar me toe.’
En bij het halen?
‘Meestal wordt ze opgehaald door mijn partner, dus daar heb ik wat minder ervaring mee. Maar als ik het doe, kletsen we vaak even na over de dag. Ik heb de app natuurlijk bijgehouden, dus ik weet al veel. Het is vooral een gezellig praatje.’
Je zit in de oudercommissie. Hoe is dat?
‘Ja, ik zag een oproep, dus ik dacht, ik doe het gewoon. De commissie komt zo’n tien keer per jaar bij elkaar, ik was er nu twee keer bij. Soms zitten we met het management en de directie, soms alleen met de ouders. We bespreken van alles. De nieuwe tarieven, de nieuwsbrieven die de kinderopvang verstuurt, het regelen van cadeautjes rond de kerst. Ik vind het leuk om mee te denken.’
Is er ook nog een ouderavond voor andere ouders?
‘Daar staat de kinderopvang zeker voor open. Er is alleen helaas weinig animo voor.’
Als je terugkijkt op deze eerste maanden, wat is je dan het meest opgevallen?
‘De betrokkenheid van de professionals. Dat vind ik echt een groot pluspunt. Ik heb het gevoel dat zij echt gek zijn op onze dochter. Dat hebben ze misschien wel met elk kindje hoor, maar die warmte voelt voor ons in elk geval heel prettig. Ook vind ik het leuk dat er zoveel met thema’s wordt gedaan, en dat ze daarbij ook input van ouders vragen, zoals lege verpakkingen om mee te knutselen, of het verzoek om voor te komen lezen. Ik ben van mezelf vrij kritisch, dus ik zeg het ook heus wel als er iets wat minder goed gaat. Maar over het algemeen ben ik erg tevreden.’